Bij de realisatie van werken in de openbare ruimte kiezen opdrachtgevers steeds vaker voor duurzame oplossingen. Bij deze selectie wordt er niet langer alleen gekozen voor de laagste prijs, maar wordt er ook gelet op duurzaamheidsaspecten. Hierdoor leveren opdrachtgevers een belangrijke bijdrage aan de doelstellingen ten aanzien van CO2-reductie en de circulaire economie. Bovendien dagen ze de markt uit te innoveren en verduurzamen.
De milieueffecten van een product, werk of dienst worden inzichtelijk gemaakt door middel van een levencyclusanalyse (LCA). Om zo’n LCA te kunnen opstellen is er een pakket aan regels en bepalingen, de bepalingsmethode, die op haar beurt weer voortkomt uit Europese regels: de EN15804. Enige tijd geleden is de Europese norm gewijzigd, waardoor ook LCA’s zullen veranderen.
Over deze veranderende normen gaan nogal wat verhalen de ronde. Daarom vroegen wij dr. Lex Roes, Senior Environmental Specialist en werkzaam bij Ecochain, de feiten van de fabels te scheiden.
Wat is de achtergrond van de wijzigingen EN15804+A2?
Lex Roes: ‘De Europese norm voor duurzaamheidsberekeningen binnen de bouwsector ‘EN15804’ is aangepast op de nieuwe PEF (‘Product Environmental Footprint’)-methode en kent hierdoor een nieuwe set milieuindicatoren. De Nederlandse norm ‘de Bepalingsmethode’ is hierop aangepast. De wijziging naar de nieuwe set indicatoren wordt aangeduid met NEN-EN15804:2012+A2:2019.’
Wat zijn de gevolgen voor de modellering?
Lex Roes: ‘De Bepalingsmethode kent de omrekening naar de Milieu Kosten Indicator (MKI). Echter, de MKI is gebaseerd op de oorspronkelijke indicatoren. De indicatoren volgens A2 kennen (nog) geen omrekening naar MKI. Op dit moment is dit in ontwikkeling, maar nog niet beschikbaar. Er wordt verwacht dat de methode voor een nieuwe MKI berekening rond 2024 beschikbaar komt. We bevinden ons nu in een overgangsfase waarbij zowel de ‘oude’ als ‘nieuwe’ indicatoren gerapporteerd moeten worden.’
‘Een belangrijk verschil met de oorspronkelijke indicatoren is de uitwerking van de impacts op klimaatverandering. De nieuwe methode kent in plaats van 1, namelijk 4 categorieën:
- Totale impact
- Impacts biogeen koolstof
- Impacts fossiel koolstof
- Impacts veranderd landgebruik
Bij het opmaken van een nieuwe LCA worden de nieuwe indicatoren weliswaar meegenomen echter de wegingsfactoren zijn nog onbekend. Hierdoor zullen de waarde uitkomsten van MKI ongewijzigd zijn ten opzichte van de huidige (geldende) LCA rapportages.
Biogeen koolstof wordt dus apart gerapporteerd. Opgeslagen koolstof wordt met een negatieve waarde uitgedrukt. Biogeen koolstof kan alleen worden meegenomen als het minstens 100 jaar blijft opgeslagen in het product.’
‘De klimaatberekeningen zijn gebaseerd op de omrekenfactoren van het IPCC, maar de nieuwe indicatoren gebruiken de meest recente versie van het IPCC (2013) waar de oude indicator gebaseerd is op IPCC 2007.’
‘Echter, Environmental Product Declarations (EPD’s) blijven 5 jaar geldig, ook als zij volgens de oude methode zijn opgesteld’, aldus dr. Lex Roes van Ecochain.